Happy Campers! - Reisverslag uit Glencoe, Verenigd Koninkrijk van Jan, Madelon, Nynke, Tijmen, Lena en Fiene - WaarBenJij.nu Happy Campers! - Reisverslag uit Glencoe, Verenigd Koninkrijk van Jan, Madelon, Nynke, Tijmen, Lena en Fiene - WaarBenJij.nu

Happy Campers!

Blijf op de hoogte en volg Jan, Madelon, Nynke, Tijmen, Lena en Fiene

13 Augustus 2019 | Verenigd Koninkrijk, Glencoe

Grappig hoe je bij rondreizen na een tijdje mensen (of types) begint te herkennen en/of opnieuw tegenkomt. Tijdens deze campertocht is dat begonnen in John O’Groats. Daar raakte ik aan de praat met een vrouw bij de wasmachine. Hoeveel geld erin moet, hoe lang het duurt voor een wascyclus klaar is en of de droger een beetje snel droogt. Er was maar één wasmachine, dus ik had de timer gezet en kwam tijdens het koken even snel naar het hok om de was over te gooien in de droger, zodat de wasmachine vrijkwam voor de volgende, en dat was zij dus. Een standaard camping babbeltje. Normaal gesproken volgt er dan ook nog een gesprekje over afgelegde reisroute, volgende bestemming en het uitwisselen van handige reis- en campertips. Daar is nu geen tijd voor, want het eten staat op.
Diezelfde avond kom ik haar weer tegen. Bij de douches dit keer, en nu komt het gesprek wel op onze routes. Zij zijn ook bezig met de NC500 route, en zullen daarna richting het eiland Skye gaan, net als wij. Alleen trekken ze de volgende alweer verder, wij pas de dag erna. Het is een leuk idee dat je iemand ‘kent’ onderweg.

In John O’Groats zien we ook voor het eerst een andere camper van SpaceShip rentals. Ze zijn nogal opvallend, met de blauwe vlakken en de knaloranje belettering. En in dit deel van het land ga je er bijna automatisch vanuit dat die ook wel (een deel) van de North Coast 500 route rijdt. Ook dat schept een (virtuele) band.

Twee dagen later rijden we vanaf ons plekje aan het haventje van Kinlochbervie een paar mijl over een single-track road naar de veerdienst van Handa eiland. Aan het eind van het weggetje, waar niet alleen de weg, maar de hele wereld lijkt op te houden, ligt een steigertje met een houten keet ernaast. Een aantal auto’s staat op een klein geasfalteerd parkeerplaatsje, maar daar past de camper eigenlijk niet goed bij… we proberen ‘m overdwars zo gunstig mogelijk weg te zetten. Als we goed en wel geparkeerd zijn, komt de veerman vertellen dat we een klein stukje verderop bij een andere camper moeten gaan staan. Dat betekent vanaf het smalle weggetje achteruit tussen twee grote keien door een drassig veldje op. Terwijl ik achter de camper, in het zicht van de rechter buitenspiegel – we hebben inmiddels handigheid ontwikkeld in het voor- en achteruit manoeuvreren van de camper – Jan gids, hoor ik vanaf de andere kant van onze camper iemand half binnensmonds mompelen ‘hij had veel eerder moeten indraaien’. Een pensionado, met een blikje bier in de hand (het is half 12), voor een vrij oude camper met Nederlands kenteken. Duidelijk een type ‘beste stuurlui’, die het allemaal wel beter weet en ons vanaf de kant van zijn (niet opbouwend bedoelde) commentaar voorziet. Ik ben het wat dat eerder draaien betreft wel met hem eens, maar ik kan slecht tegen dit type mopperige betweter. Toch laat ik me niet door hem op stang jagen. Lachend zeg ik rechtstreeks tegen hem dat het voor ons wel even wennen is, zo’n eerste campervakantie, maar dat ik blij ben dat hij ons vanaf zijn plekje van zijn duidelijk ervaren advies kan dienen. Zo. Hij bindt wat in en helpt – weliswaar als een boer met kiespijn - om onze camper op de goede plek te gidsen. Van verdere uitwisseling van reiservaringen zie ik maar af, want hij zit duidelijk niet te wachten op een praatje. Zijn vrouw blijkt al net zo ‘gezellig’, en ik ben blij dat zij in een eerder bootje naar Handa gebracht worden. Tijdens de 6 km wandeling over het eiland halen we ze in. Eerst de vrouw, en 20 meter voor haar uit de man. Jan en ik moeten er allebei een beetje om lachen. Als je toch zo op vakantie bent met z’n twee…. Wij kunnen ons er niets bij voorstellen.

Als we uiteindelijk, mét onze buren en nog 6 andere mensen, op het strand staan te wachten op het bootje teru kan er nog geen blik van herkenning van af. Wat een zuurpruimen.

Na een korte plas- en drinkpauze rijden we het veldje af – de buurcamper is al weg - en vertrekken we via een heleboel single-track weggetjes van Tarbet naar Ullapool (48 mijl, waar we bijna 2u over doen), waar we de komende twee nachten op een camping staan.

Het is een typische motorhome camping: in drie rijen staan alle campers in dezelfde richting naar het water gericht. Geen gezellige camping, maar wel voorzien van alle camperfaciliteiten: sanitair, vaat- en wasgelegenheid, en motorhome service punten om schoon water te tappen en vies water/chemisch toilet te lozen.

Als we één van de laatste plekjes op de eerste rij aan het water hebben bemachtigd en net een paar stoeltjes buiten zetten, rijdt er een camper langs. Vanuit het opengedraaide raampje hangt een vrouw naar buiten: hé, remember me? Mijn wasgenootje uit John O’Groats! We wisselen even mooie verhalen uit over Smoo Cave en midget plagen (zij), overnachten aan een haventje en wandelen op Handa (wij), en dan rijden ze door om een plekje te zoeken. De volgende camper die langs komt rijden kennen we ook. Het is een vrij oude camper met een Nederlands kenteken. Onze buren van eerder die dag. Hij parkeert schuin achter ons. …. hier geen gemoedelijke uitwisseling van ervaringen. Hihi.

Ullapool is een leuk stadje aan Loch Broom, met een aantal restaurantjes en winkeltjes aan de haven. Een spijkerbroek voor Tijmen (hij is uit één van zijn twee broeken gescheurd) zullen we hier niet vinden, maar we besluiten wel lekker ergens te gaan eten. Dat blijkt nog niet mee te vallen. We zijn vrij kritisch wat betreft menukeuze betreft - Nynke is al sinds haar 10e vegetariër, maar sinds een paar maanden weten we dat ze lactose intolerant is en zoeken we naar zuivel- en vleesvrije gerechten op de menukaart – maar bovendien zijn de restaurants klein en vol. De veerboot naar Harris, één van de buitenste Hebriden, vertrekt hiervandaan en Ullapool is het enige grotere plekje ten Noorden van Inverness en het is hier navenant druk.

Uiteindelijk eindigen we, via drie met tartan beklede trappen in een hotel en een branddeur, in een pub waar we prima eten. Lena herkent er twee vrouwen die ’s middags ook op Handa eiland waren, en verder zitten er veel Nederlanders, Duitsers, Fransen en Spanjaarden.

Op de camping opent onze camper aan de kant waar ook de deur van onze buren zit, een 60+ stel uit Manchester/Londen. Beiden rokers dus ze zitten vaak buiten, hij in een badjas en zij in een korte flodderbroek, en we maken een aantal keer een babbeltje. Over reizen met een camper, reizen met tieners, Schotland, Brexit… Ze moeten erg lachen als ik nogal rolbevestigend met de waszak de camper uitkom terwijl Jan in de weer is met de cassette van het chemisch toilet en de vuilniszakken. Tja, sommige taakverdeling hou je ook gewoon op vakantie aan.

Maar nieuwe routines hebben we ook. ’s Avonds om een uur of half 11 begint het slaapritueel. Eerst bespreken we hoe laat we de volgende ochtend weg willen/moeten en hoe laat iedereen dus op moet. De bedden worden klaargemaakt, we gebruiken nog even het sanitair van de camping of gaan om de beurt het ieniemienie badkamertje in, en om 11u ligt iedereen in bed, al dan niet met een boek. De camper schommelt nog een half uurtje als iedereen een goede slaaphouding zoekt en dan is het stil. Ik slaap het liefst met een raam op een kiertje, maar dat kan alleen als er niet teveel midges zijn…

Om een uur of acht staan Jan en ik op, kleden ons aan om naar buiten te gaan voor een wandeling of een kop koffie. De kinderen mopperen als we daarbij teveel bewegen, dus ontbijten doen we meestal pas als we terug komen. Uitgaand van de tijd waarop we willen vertrekken, rekenen de kinderen terug hoe ze het allerlangst kunnen blijven liggen. In hun hoofd denken ze allemaal in 5 minuten klaar te kunnen zijn, in praktijk wordt er flink gemopperd omdat ze bij hun planning geen rekening hebben gehouden met het gecompliceerd om elkaar heen dansen in de kleine ruimte :-) Overdag rijden we, met stops onderweg voor een mooi uitzicht, een bezoek aan een kasteel, museum of dorp. Jan gaat graag wandelen, soms met z’n allen, vaak alleen of met mij of Tijmen. De meiden blijven graag in de camper. Ze lezen veel, kleuren en tekenen, spelen spelletjes en kijken af en toe een film. We zoeken mooie plekjes voor de nacht, in het wild, op een Brit Stop plek of op een camping. De dagen kabbelen gemoedelijk voorbij en rijgen zich aaneen met prachtige vergezichten, bergen, meren, kleine weggetjes, met observaties over andere reizigers, gesprekken over van alles en nog wat, en muziek van de Schotland 2019 lijst.

We hebben geen strakke agenda, kunnen in de loop van de dag of dagen bepalen waar we precies naar toe willen. En soms blijven we een dag of twee op dezelfde plek. Zoals in Ullapool, waar Tijmen uitkijkt naar de komst van zijn vriend Chiel, die samen met zijn moeder met de auto en een tentje door Schotland trekt. Zodra zij op de camping zijn gearriveerd trekken de jongens samen Ullapool in. Ze kopen marshmallows en verzamelen hout voor een kampvuur op het kiezelstrand. We gaan ’s avonds met z’n allen uit eten, stoken even fikkie en Tijmen gaat bij Chiel in de tent slapen.

Eigenlijk willen we de volgende dag samen een dolfijnentoer gaan maken en daarna naar de Highland Games van Assynth, een uurtje rijden van Ullapool. Helaas draait het weer om. Het gaat enorm waaien, de dolfijnentocht wordt geannuleerd en de voorspellingen zijn zo slecht dat we ook weinig zin hebben om een uur te rijden om in de regen bij Highlands Games te gaan kijken. We passen onze plannen aan, nemen afscheid van Chiel en zijn moeder en vertrekken naar het zuiden, richting Skye.

Zolang het blijft regenen rijden we door…. Een rit van 3u, een tussenstop op een parkeerplaats om wat te eten en te lezen, en dan rijden we Skye op via de Kyle of Lochals brug. Die was er 29 jaar geleden nog niet.

Het is eindelijk even gestopt met regenen. Met zicht op The Old Man of Storr rijden we vlak voor Portree, de ‘hoofdstad’ van Skye, een B-weggetje op. Het is even zoeken, maar uiteindelijk vinden we een schitterend plekje, vlak en stevig genoeg voor de camper, tussen de schapen en met uitzicht over de bergen, het eiland Raasay en het water eromheen. Zo. Idyllischer kan bijna niet. Tijdens het eten maken we plannen voor de ochtend en de komende dagen: wandelen naar de Old Man of Storr, daarna doorrijden langs de ruige kust naar Staffin en daar misschien ook nog een korte wandeling, en aan het eind van de middag naar Portree. Dan kunnen de meiden nog wat winkeltjes kijken, eten we in een pub en zoeken we daarna een plekje voor de nacht wat meer naar het Westen. De dag erna kunnen we dan de westkant van het eiland gaan ontdekken en afzakken naar de Black en Red Cuillin Hills.

Maar ook nu loopt het vanwege het weer anders. Om vier uur word ik wakker van de regen die weer vinnig op het dak van de camper tikt. Om zes uur moet ik door al dat geklater écht naar de wc. Een half uur later is de regen over gegaan in miezer en besluit Jan een wandeling te gaan maken. Ik ga met een dik vest en een boek uit de wind naast de camper zitten, terwijl de kinderen in beweging komen. Het is koud, maar nu wel droog dus we besluiten zo snel mogelijk op weg te gaan naar the Old Man. Tegen de tijd dat we door de drukte in Portree manoevreren regent het weer, en als we 15 minuten later via een drukke single-track road in de buurt van de Old Man car park komen, hoost het. De parkeerplaats en beide kanten van de weg staan helemaal vol met auto’s en campers en met moeite vinden we een plekje voor die van ons. Links en rechts lopen mensen in poncho’s – opvallend veel Aziaten – in de stromende regen naar een bestemming die je niet kunt zien vanwege de wolken, regen en mist. Ik ben al bijna uitgestapt om toch maar de poncho’s en wandelschoenen uit het bergvak te halen – wie weet klaart het nog wel op - als Jan de uitzonderlijke woorden zegt: nee, dit gaan we echt niet doen! Huh?! Jan is net een hond. Hij heeft z’n dagelijkse wandeling nodig, liefst één van een paar uur, en er moet heel wat gebeuren om hem daarvan af te houden! Zeg dat wel. Veel alternatieven zijn er niet. Blijven staan en lezen/tekenen/slapen? Erg troosteloos, hier langs de kant van de weg. Doorrijden, een uur lang single track roads met nul uitzicht? Ook niet echt aanlokkelijk. Terug naar Portree? Druk! We besluiten toch tot Portree, rijden langs verschillende volle parkeerpleintjes en vinden uiteindelijk aan de andere kant van het dorp een parkeerplaats. Met een plekje om te lunchen hebben we minder geluk. Nergens een tafel vrij. We bemachtigen een tafeltje in een volle pub, eten kunnen we er niet maar onder genot van limonade en chips houden we scheepsraad: we besluiten naar de film te gaan. Spiderman draait in de enige bioscoopzaal van het eiland, en die is in Portree! Nynke gaat liever lezen in de camper en Jan kiest ervoor om tussen de buien door tóch nog even te wandelen. Het wordt een prima middag. Na de film staat de camper al klaar en rijden we naar een camping midden op het eiland. Het regent, natuurlijk, maar het is wel een hele mooie plek. Dat vinden ook andere SpaceShip camperaars, want er staan er nog drie. Volgens de app die Jan heeft gevonden is de weersvoorspelling voor zondagochtend droog (wandelen), en in de middag regen, goed voor een bezoek aan Dunvegan Castle. Maandag wordt heel mooi! Daar kijken we naar uit. Nou, je raadt het al, de weersvoorspellingen klopten weer voor geen meter: in de miezer lopen Jan en ik op zondagochtend een korte wandeling, zonder regen rijden we naar Dunvegan Castle waar we in een waterig zonnetje door de tuinen wandelen en een zeehondentoer doen en vervolgens het mooie kasteel bezichtigen. Gelokt door een advertentie in de kasteelwinkel besluiten we naar een camping in Glenbrittle te rijden. Eerst een half uurtje over een goede weg, daarna nog ruim 8 mijl steeds smaller en hobbeliger wordende single track. Een grasveld aan de voet van de Black Cuillins met een eenvoudig blok sanitair en een leuk caféetje met goede koffie. Verder niets, geen huizen, geen wifi, geen huizen, helemaal niets. Jan gaat met Tijmen de bergen in – het is nog steeds droog – de meiden en ik gaan spelletjes doen in het café. Wat hebben we weer een fantastische plek gevonden. Heerlijk om onze laatste dag op Skye hier te zijn. De verwachte mooie maandag blijft uit. Na een koude nacht hotsen we de camping af – een andere SpaceShip die we hier gespot hadden staat nog op z'n plekje – op weg naar de parkeerplek voor de wandeling naar de Fairy Pools. Halverwege onze wandeling slaat de miezer om in echte regen en we komen ook nog in een serieuze midgetwolk terecht. Hoezo regen óf midges? We hebben ze hier allebei. En ondanks deze ongemakken besluiten we dat het nog steeds de moeite waard is om in Schotland te zijn. Wat is het ook hier weer prachtig! Na de wandeling vertrekken we richting de oostkant van het eiland, waar we met de veerboot weer naar het vasteland zullen gaan. Onderweg hebben we een grappige situatie: met vier SpaceShip campers staan we op één passing place. We zwaaien uitbundig naar de twee passerende campers en menen die achter ons te herkennen van de camping in Glenbrittle. Uren en een bezoek aan Armadale Castle later, rijden we het terrein van de veerdienst op. Op weg naar het havenkantoor zie ik een man die ik eerder ergens heb gezien. Hij blijkt in een blauw met oranje beletterde camper te rijden! Een Spaceship. We raken aan de praat. Het zijn Belgen die inderdaad in Ullapool, en twee nachten op Skye op dezelfde camping als wij hebben gestaan. En ze hebben vandaag samen met drie andere SpaceShips op één passeer plaats gestaan! Herkenbaar. Hoe grappig om die verschillende reislijntjes te koppelen. Hun route na de veerboot loopt anders dan die van ons, zij blijven een nacht in Mallaig, wij rijden door naar Glen Coe, maar ook dit intermezzo schept weer een band. Bij het verlaten van de boot zwaaien we vrolijk even naar elkaar en dan gaat ieder weer zijn weg. Wat heb ik een lol in dit soort ontmoetingen en de korte enthousiaste uitwisselingen van ervaringen. De kinderen maken er inmiddels al opmerkingen over als ik lachend richting camper kom van een bezoekje aan sanitair, winkel of visitor center: ‘”oh, mama heeft vast weer een leuk gesprekje gehad” of “ze lacht wel heel erg hard, dus ze zal wel weer een verhaal hebben”. En dat is meestal wel waar ook! Het is misschien niet helemaal ideaal om met vier tieners in een camper te zitten, maar ik heb de smaak te pakken. Wel het comfort van een fatsoenlijk bed, geen gedoe met in- en uitpakken, en toch veel kunnen zien. En route zwaaien we naar andere camperaars, en van tijd tot tijd komen we ‘een bekende’ tegen. Werk is ver weg, thuis is ver weg, en ondanks de vele regen van de afgelopen 4 dagen bevalt Schotland als vakantieland heel goed. Ik voel me een echte Happy Camper!


  • 14 Augustus 2019 - 10:04

    Anja Lansu-de Vriend :

    Leuk om te lezen.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Verenigd Koninkrijk, Glencoe

Jan, Madelon, Nynke, Tijmen, Lena en Fiene

Actief sinds 12 Feb. 2012
Verslag gelezen: 1676
Totaal aantal bezoekers 43862

Voorgaande reizen:

28 Juli 2019 - 16 Augustus 2019

Met de camper door Schotland

21 April 2019 - 28 April 2019

Familiereis naar Puglia

18 Juli 2018 - 12 Augustus 2018

Balkan rondreis (2018)

13 Juli 2016 - 18 Augustus 2016

De Boertjes naar Ecuador (2016)

30 Juli 2012 - 14 Augustus 2013

Familie de Boer naar Boston (2012/2013)

Landen bezocht: